vanderelst

Gegevens over het ontstaan van de “Vergadering” te Gent en van daaruit de Vereniging “Rehoboth”

 

Bij ondergetekende , de op één na, nog enige levende getuige van de beginjaren, (de andere getuige is de 2 jaar oudere zuster Louise Shiffer-Mistiaen), lag het al een tijdje op het hart om voor de hedendaagse broeders -en -zusters van de Vergadering te Gent, iets op papier te zetten over het ontstaan van de plaatselijke ‘Vergadering’. I.v.m. het artikeltje in het blad ‘Berichten’ van maart 2006, over de ‘Nieuwe Chr. Boekhandel’ in Gent, is het misschien nuttig om, nu het nog kan, het volgende door te geven. Het is dus niet de bedoeling een ‘kroniek’ te schrijven, maar enkel uit ‘persoonlijke herinnering’ wat bijkomende en hopelijk nuttige informatie te geven.

De geschiedenis van onze Vergadering in Gent begint eigenlijk al van uit het internerings-kamp te Harderwijk(NL) in de oorlog 1914-1918. Daar waren ondergebracht dié Belgische soldaten én burgers die, bij het beleg van Antwerpen door de Duitsers in 1914, vóór de omsingeling zich sloot, over de grens met het toen neutrale Nederland konden vluchten. Zij werden daar ondergebracht in voornoemd vluchtelingenkamp. En in dat kamp werd onder die Belgische mensen, door Nederlandse broeders het evangelie gebracht . Dat waren, naast ook anderen, de broeders Gerard-Jan Hengeveld en  Jan- en Jacob Fijnvandraat uit de ‘Vergadering’ van Amersfoort.

Beide laatstgenoemden, waren de oom en de vader van onze hedendaagse brs. Johan en Jaap Fijnvandraat uit Leeuwarden.

Op die arbeid gaf de Here ook Zijn zegen voor die enkelen van onze Vlaamse mensen die in dat kamp tot bekering kwamen.

Zowat naar het einde van het jaar 1919, (één jaar dus na het einde van die oorlog), vond broeder G.J. Hengeveld,  het op zijn weg, om met zijn gezin ( zijn vrouw was een Franstalige Zwitserse, die wel voldoende Nederlands sprak), én hun twee zonen, Gerard en Wijnand, naar Gent te komen voor de zo nodige ‘geestelijke nazorg’ ten behoeve van deze Vlaamse broeders.

Br.G.J.H. kon toen een huis huren in een klein straatje bij de ‘Keizerspoortbrug’, aan de nog bestaande “Doorgang der ‘Hallegasten’, (zo genoemd omdat langs dáár, sinds vroegere eeuwen, de ‘bedevaarders’ langs kwamen, die  te voet op weg waren naar een ‘Maria heiligdom’ in de Brabantse stad Halle). En dát huis werd dan het eerste contactpunt voor de in Nederland tot bekering gekomen broeders uit Gent en omstreken. En dát is dan hoe de ‘Vergadering’ te Gent is ontstaan.

Die broeders van het begin waren (voor zover ik ze gekend heb) de brs. Ivo Martens (een tuinbouwer uit de streek van Tielt), Basiel Bontinck (een wever uit Zele), Hector Piens ( een taximan uit Gent), Edmond Gasson ( een spoorarbeider uit Melle), R. De Groote ( een brugwachter uit Wondelgem, bij Gent) en ene br. Bert (dit is zijn familienaam, zijn voornaam herinner ik me niet meer…) uit Zevergem, bij Gent. Toen de Vergadering al enige jaren gevestigd was, kwamen daar nog bij: br.Frans Lepage (uit Ledeberg), die schuin tegenover het vergaderlokaal op de Brusselse steenweg woonde, br. Meuleman (uit Gentbrugge), (die echter vroeg in 1935, de vergadering alweer verlaten had!) en br. Rafaël Mistiaen, een binnenschipper met een groot gezin, uit Dixmuide. Drie van de oudste kinderen Mistiaen, m.n. Louise, Karel en Kamiel, waren voor de duur van het schooljaar op logement bij broeder Bontinck, wat hun toeliet les te kunnen  volgen aan de in 1934 opgerichte ‘School met de Bijbel’ in Gent (G. J. Hengeveld was één van de medeoprichters van die school). Voor hen zeker een uitkomst, want in de plaats dáárvan, zouden ze naar één van de meestal R.K ‘kostscholen voor Schipperskinderen’ zijn moeten gaan.

Inmiddels lag de noodzaak voor een grotere woonst, voor wat de ‘Vergadering’ betreft, dra voor de hand. Met enige financiële steun uit Nederland kon br. Hengeveld (niet ver uit de buurt!) toen een vrijgekomen groot “burgershuis met koetspoort en tuin” kopen aan de Brusselse steenweg op nr.123.  En in dat huis kreeg br. Hengeveld ook een meer geschikte ruimte voor zijn eigen ‘verzend – boekhandel’, onder de naam ‘Centrale christelijke boekhandel – Librairie Chrétienne’, die toen enkel bestond uit een kantoor en magazijn. De “winkel” kwam pas jaren later…

Nu heeft men in een groot huis wel meer ruimte, maar is er ook beperking door de afmetingen van de kamers afzonderlijk… En door  toename van het aantal ‘leden’ ontstond het idee om in de tuin van het huis, op de plaats van het toen nog bestaande ‘koetshuis’, een vergaderlokaal te bouwen…

De financiële middelen voor dit plan ontbraken echter, zowel bij br. Hengeveld als bij de toenmalige Vlaamse broeders (allen ‘arbeidersklasse!), dus diende men uit te zien naar ‘sponsoring’.

Het jaar voordien, was helaas ook de oudste zoon Gerard, op jonge leeftijd (ca 25j) overleden. Hij zou de opvolger van zijn vader zijn geweest in de boekhandel. De jongere zoon Wijnand zag dit soort werk niet zitten, waarschijnlijk ook omdat hij een oogkwaal had, die hem later praktisch  blind maakte…

Toen  kwam   broeder Jacob Graf uit Zürich, (eerder werkzaam in het Zwitserse bankwezen) als medewerker in de boekhandel! Het plan was, dat  hij  later de boekhandel zou hebben verder gezet.

Wat nu het probleem “lokaal” betreft, kon br. Hengeveld  twee kapitaalkrachtige vrienden in Nederland aanspreken: de brs. B. Lemkes, een bloemenkweker, en de twee brs. Samson, drukkers en uitgevers allen uit Alphen a/d Rijn. Die besloten om hun vriend, G.J.. Hengeveld te helpen…

Daartoe werd een ‘Vereniging zonder winstoogmerk’ opgericht, naar Belgisch Recht. In die V.Z.W. (waaraan ook enkele Franstalige broeders uit Brussel: o.a. br. André Tapernoux, Dr. René Paturiaux  en ook nog enkele brs. uit Wallonië, deelnamen), bracht dan ook br. Hengeveld én zijn huis én zijn boekhandel in, echter met die overeenkomst, dat de V.Z.W. aan de enige erfgenaam, de zoon Wijnand, een lijfrente zou uitbetalen zolang deze leefde; wat dan ook is gebeurd…(Wijnand woonde na de oorlog in Nederland en is daar overleden in de tachtiger jaren).

Zo kon er dan, naast enkele noodzakelijke moderniseringen in het huis, in de tuin en op de plaats van het vroegere ‘koetshuis’, een vergaderlokaal worden gebouwd! De broeders en zusters van de ‘Vergadering Gent’ zouden voor het gebruik van het lokaal een matige huur betalen aan de VZW.

Inmiddels waren per 1 december 1935 mijn ouders, vanuit Ninove , (en dit op aanraden vanbr. Hengeveld), naar Gent komen wonen. Het nieuwe lokaal was toen pas klaar en heette ( zoals toen op het licht eiken bord aan de ingangspoort vermeld,) “Zaal REHOBOTH” tevens met vermelding van de uren van de samenkomsten. Toen wij als kinderen (ondergetekende was toen ca 10j.) aan de broeders vroegen wat die naam ‘Rehoboth’ betekende, kregen we als antwoord: ”De Heer heeft ruimte gemaakt,  voor de broeders en zusters van Gent”. Ook ging de met dat doel voordien opgerichte VZW, onder die naam verder.

Eén of twee weken later ( ca. half december 1935) was er de officiële opening van het lokaal met een dank- en bidstond… Het lokaal zat toen bomvol want broeders en zusters uit Vlaanderen, Wallonië en Nederland waren voor die gelegenheid naar Ledeberg -Gent gekomen…

In de jaren daarna, kwamen er soms één à twee keer per jaar, naast brs uit Nederland ook brs. uit Walonië om met het Woord te dienen in de Gentse vergadering (o.a. br. Maurice Capelle uit Patûrages). Br Hengeveld vertaalde dan. (Die kende verschillende talen, waaronder ook Hebreeuws en Arabisch! )

Als  jonge tieners zaten we dan scherp en aandachtig te luisteren, want dit was meteen een mooie gelegenheid om naast ons “schoolfrans” ook wat “ bijbels”-Frans bij te leren!

Ongeveer drie jaar na de opening van het nieuwe lokaal,  werd onze geliefde br. Hengeveld  ernstig ziek… En aan deze ziekte (maagkanker) is hij in 1938,  overleden … (Chemotherapie bestond toen nog niet!)

Inmiddels waren in 1936 ook de beide broers Willem- (machinebankwerker) en Jan Bruyneel ( toen nog student geneeskunde), in de ‘Vergadering’ gekomen. Voordien waren ze, met hun ouders en oudere zus, (hun moeder kwam uit Friesland, vader was een Gentenaar), lidmaten van de Hervormde kerk in Gent. De broers Bruyneel vormden toen, samen met Wijnand Hengeveld, Jacques Graf en mijn (half)broer Philip Krüger , als jonge  twintigers,  in onze vergadering een ‘bijbelstudiegroep’, wat er toe leidde dat ze als jonge mannen heel wat bijbelkennis hebben verworven, die hun later zeker goed van pas is gekomen bij het nemen van verantwoordelijkheden, zowel in de ‘Vergadering’ in Gent als ook elders.

Br. Jan Bruyneel is jaren lang een ‘steunpilaar’ voor de Gentse Vergadering geweest, reeds kort na zijn komst bij ‘ons’. En dáár  waren br. Martens en br.Bontinck, die na het overlijden van br. Hengeveld, eigenlijk zowat de meeste verantwoordelijkheid hadden te dragen, bijzonder blij mee.

Br. Martens was in die tijd, samen met br. Pierre Van Der Smissen uit Ninove, (een oom van mijn vrouw), fulltime werkzaam in het Werk van de Heer in Vlaanderen ( br. P.V.D.Smissen soms ook in Wallonië). Ze bezochten, ter ondersteuning, de enkele kleine vergaderingen in Vlaanderen, waarnaast br. P. Van Der Smissen ook het moeilijke ‘colportagewerk’ deed, (deur aan deur!) en br. Martens een Bijbelkraampje had op de markten in Gent.

Inmiddels  had br. Jacques  Graf, ( die in 1937 inmiddels was gehuwd met Marty Ramp, ook uit Zwitserland), het werk in de boekhandel op zich genomen.

Wijnand Hengeveld was rond die zelfde periode ook gehuwd met ene Joop Schultze -Nordholt uit Nederland en was in 1939  in Ledeberg een… kruidenierszaak begonnen. Beide brs. deden toen, om beurten, de zondagsschool. (Als jongeren gaven we wél de voorkeur aan de vertelkunst van br. J.Graff).

Aan die goede tijd kwam echter plots een einde, toen ene Adolf Hitler zo nodig in mei 1940 onze landen met zijn Germaanse horden moest binnenvallen.

Jacques Graf met vrouw en hun (inmiddels drie maanden oude) baby Marcel, én de weduwe Hengeveld, konden toen in mei 1940, met de laatst mogelijke trein, naar hun land van herkomst, Zwitserland, uitwijken…

De boekhandel werd toen tijdelijk naar Antwerpen overgebracht en bewaard onder de goede zorgen van br. Schmidt van de ‘Vergadering Antwerpen’.

 

foto:  Brusselse Steenweg 123,  Ledeberg

Het huis op de Brusselse steenweg kwam toen leeg te staan, en omdat reëel het gevaar bestond dat de Duitse bezetter leegstaande grote burgerhuizen in beslag zou nemen om er Duitse officieren in onder te brengen…met alle mogelijk onaangename gevolgen voor de Brs en Zrs in Gent, vroeg de voorzitter van de vereniging ‘Rehoboth’, br. Bouw Lemkes, aan de pas als arts afgestudeerde br.Jan Bruyneel om het huis te gaan bewonen en er zijn dokterspraktijk te beginnen. J.B. was toen al verloofd met Hendrika (Rieky) Kooyman uit Eindhoven. (Een nicht van ondergetekende, we  waren ‘zuster’s kinderen’).

Enkele maanden nadat Jan B. in het huis was gaan wonen, zijn ze in 1941  in Eindhoven gehuwd en ze hebben toen in het huis op de Brusselse steenweg 123 hun intrek genomen! In dat huis zijn in de volgende jaren ook hun vijf kinderen geboren (drie dochters en twee zonen).

Zo was voor de vergadering (én voor de Vereniging Rehoboth!) het probleem van het gebouw mooi opgelost!

Jan zijn broer Willem, die inmiddels uit krijgsgevangenschap was teruggekeerd, (de Vlaamse krijgsgevangenen werden, na de overgave van het Belgisch Leger, door de bezetter vroeger naar huis gestuurd), trouwde kort daarna met de oudste van de twee dochters van br. Bontinck: Julia.

Soms kregen we ’s zondags, in de samenkomsten tijdens de oorlog, ook bezoek van gelovige Duitse soldaten, die vermoedelijk van hun ‘thuisfront’ het adres hadden gekregen. Het waren o.a. ene broeder Rudolf Haase, een sympathieke broeder die bij de Luftwaffe in dienst was op het vliegveld van St. Denijs – Westrem, soms vergezeld van een eveneens gelovige collega, waarvan ik mij de naam niet meer herinner. Die man kwam ook maar af en toe met br. Haase mee.

We hebben we toen ook nog enkele malen een norse Feldwebel gehad in de samenkomst, maar dat bleek er een van de ‘Deutsche Bund von Evangelische Gemeinde’ te zijn, groepering die door de nazi’s was toegestaan.

Na de bevrijding kwamen ook een paar Engelse broeders op bezoek in de vergadering, totdat ze naar Duitsland werden overgeplaatst…

Door het getuigenis van br J.B. vanuit zijn dokterspraktijk, waren er tijdens en kort na de oorlog, nog enkele brs. bijgekomen in de vergadering: de brs. Frans Delporte met zijn vrouw, die ziekelijk was en korte tijd later overleed, George Janart, een weduwnaar met zoon, Pierre Liagre en br. F. Drubbel, en later ook br. Jules Moors.

In 1948 kwam dan br. Jan van der Bijl uit Alphen  a/d Rijn, met vrouw Janny en zoontje Jacques (toen nog ‘Koosje’ genoemd) naar Gent wonen om hier de Christelijke Boekhandel terug op te starten.  Hij kwam daarnaast ook als ‘broeder in ’t Werk’ om de vergaderingen in Vlaanderen (en soms ook in Wallonië !) te bezoeken.  Ze vonden een huis in de Tijgerstraat in Gent, waar ze voorlopig de boekhandel, die vanuit het ‘depot’ in Antwerpen teruggebracht werd, weer konden heropstarten.

Voor de plaatselijke Vergadering betekende het ook een flinke ‘ruggesteun’, dat er in ons midden nu weer een ‘arbeider des Heren’ aanwezig was.

Direct na de oorlog, ontstond in de ‘Vergadering – Gent’ ook een ‘traditie’ om op 15 augustus (=een vrije dag in België!) een ‘Grote Vergadering’ te houden voor de ‘Vlaamse vergaderingen’. Omdat het aantal aanwezigen voor dit gebeuren ieder jaar bleek toe te nemen, moesten de brs. en zrs. van Gent toen uitzien voor een grotere zaal. Die werd gevonden in het socialistische Volkshuis ‘Vooruit’, waar we dan ook ’s middags met z’n allen een warme maaltijd konden nuttigen.  Broeders uit Nederland kwamen voor die gelegenheid om met het Woord dienen, waaronder de brs.  B.Lemkes, Siegelaar, H. Wilts, e.a.

Later zijn we voor de ‘Grote Vergadering’ verhuisd naar ‘Centrum Ten Berg’ in St. Amandsberg bij Gent…

In de zestiger en zeventiger jaren, werden de broeders die tot de ‘pioniers’ behoorden van de vergadering in Gent, door de Heer thuisgehaald. Eerst br. I. Martens, begin jaren ’60 en begin zeventiger jaren ook br. B. Bontinck. (Hun respectievelijke echtgenotes waren al eerder overleden).

In 1961 gingen Dr. J. Bruyneel en familie verhuizen naar Gentbrugge en kwam de familie Van der Bijl in het huis op de Brusselse steenweg. Zo kwam ook de Chr. Boekhandel weer op de oorspronkelijke plaats terug…

In die boekhandel heeft br. JvdB er toch meer het aspect van een ‘winkel’ aan gegeven door in de (nogal smalle) ramen aan de voorgevel, tóch een étalage te maken. De ingang tot de boekwinkel gebeurde toen nog altijd via de brede ingangspoort en de binnendeur die ook uitgaf op de woon-ruimte…En gezien Jan een behoorlijke kennis van de Franse taal had, kon ook de communicatie met het Franstalige landsgedeelte vlot verlopen. Voor de boekhandel immers lagen de inkomsten via het franse deel, gevoelig hoger, ook door de grotere omzet in items, want de Franstalige boeken waren aanmerkelijk goedkoper dan de Nederlandse, alhoewel die laatste wel degelijker waren uitgevoerd.

In 1950 gingen mijn ouders weer terug in hun huis in Ninove wonen.

Tot mijn terugkeer  in Gent (voorjaar  1954) heb ik dus de ontwikkelingen in de Gentse Vergadering niet meer direkt meegemaakt. Ondertussen had ik in Ninove mijn vrouw leren kennen en zijn we in april 1953 gehuwd.

In november van datzelfde  jaar deed ik examen voor een betrekking als ‘technisch leraar’ aan die technische school, waar ik zelf in de oorlogsjaren gestudeerd had! Dat hebben we toen ook mogen zien als een besturing van de Here! Zo mochten zijn we dus weer in Gent gaan wonen en hebben we samen met de broeders en zusters alhier een goede tijd mogen meemaken.

Kwam ook de tijd, dat de ‘pioniers’ van de Gentse Vergadering, inmiddels op respectabele leeftijd gekomen, op enkele jaren tijd, allen door de Heer werden thuisgehaald, mochten anderen nu de fakkel van het getuigenis van hen overnemen.

Ook in de boekhandel kwam ‘verandering’: In de tweede helft van de jaren 70, kwam br. Jacques van der Bijl, met zijn gezin in het huis wonen om zijn vader op te volgen, als zaakvoerder in deze dienst. In die tijd werd op het gelijkvloers, de voorgevel van het huis aangepast: één grote winkelruit, met ingangsdeur vóóraan. Helaas, door omstandigheden buiten zijn wil, kon deze broeder na enkele jaren, dit werk niet meer verder zetten…

Het bestuur van de  VzW ‘Rehoboth’ moest toen noodgedwongen uitzien naar een vervanger als zaakvoerder in de Boekhandel.

Die kwam in september 1980 van de ‘Nederlandse Douane’ over, in de persoon van br.Gerhardt Westerman, een broeder met een groot gezin. Br. Jan van der Bijl heeft nog even de Franstalige afdeling waargenomen, waarna deze afdeling die, (zoals achteraf bleek, zowat de helft van de omzet vertegenwoordigde!), overgeheveld moest worden naar de broeders in Wallonië! Achteraf bekeken, heeft dit feit  de teloorgang van de boekhandel en Rehoboth bespoedigd….

De financiële terugloop bracht de Vereniging  Rehoboth in moeilijkheden, zodat uiteindelijk de gebouwen (waaraan intussen ook  nog de kosten vanwege jarenlang achterstallig onderhoud bij kwamen!), moesten verkocht worden… En er werd absoluut géén rekening gehouden met de belangen van de plaatselijke Vergadering en men ‘vergat’ dat, althans het lokaal, speciaal voor hen gebouwd werd in 1935 !!!

Voor de ‘Vergadering – Gent’ zat er toen niets anders op dan het lokaal leeg te maken(de nieuwe eigenaar had ons daarvoor enkele weken de tijd gegeven…) en een andere plaats te zoeken, in of rond de Stad Gent. Dit bleek echter moeilijk, want het moest wel een betaalbare ruimte zijn, waar we ook iedere zondag zouden kunnen vergaderen!

Mijn vrouw, Jo,  die sinds enige jaren al, een jaarlijkse ‘Vrouwen contactdag’ organiseerde,  eerst in West-Vlaanderen, huurde later daartoe een zaal in ‘Bezinningscentrum “De Oude Abdij”, een voormalig Jezuïetenklooster.We  namen contact op met het bestuur van deze instelling en kregen de gelegenheid om daar telkens op zondag, een zaal te huren voor onze samenkomsten! Maar…na enige tijd ging men in die abdij ( zijnde geklasseerde gebouwen), restauratiewerken uitvoeren, (een ‘tienjarenplan). Per fase van de werken werd telkens een hele vleugel van de gebouwen afgesloten. Door dat tijdelijk ruimtetekort, moest onze kleine groep wijken voor de grotere groepen die daar een heel weekend, of soms wel een week voor ‘bezinning ’kwamen.

Zo stonden we weer ‘op straat’! Het probleem ‘huisvesting’ werd voor onze kleine vergadering nu wel meer dan acuut! We hebben toen rondvraag gedaan voor een klaslokaal te kunnen huren in stadsscholen, maar toen ‘de instanties’ vernamen dat het om ‘eredienst’ te houden was, werd het ‘neutrale statuut’ van die onderwijsinstellingen naar voor gebracht in de weigering….

Maar de Here zorgde voor ons! Een gelovige van buiten onze kring, opperde het voorstel om eens te vragen bij de ‘Broeders van Liefde’, een kloosterorganisatie die veel R. K . scholen en dito ziekenhuizen onder hun leiding heeft. En inderdaad! Op de ‘Scholencampus St. Paulus’  konden we terecht in de refterzaal van het Internaat! En aan dezelfde prijs als vroeger in de abdij! We moesten echter wel telkens de zaal inrichten voor de samenkomsten en na afloop alles weer terug zetten.De omgeving was ook rustiger (althans op zondag) en mooi gelegen! Zo mogen we nu een ruimte hebben om samen te komen iedere eerste dag der week. De Here heeft voor ons gezorgd, dat we als getuigenis (zij het in alle zwakheid!) in Gent verder kunnen. Zijn Naam zij geprezen!

We hopen en bidden dat we  deze gelegenheid mogen aanhouden om er op zondag onze diensten te kunnen hebben. De bidstond annex bijbelbespreking hebben hetzij in Zelzate,  ten huize van Rudy en Liliane Devogelaere,  hetzij in Gent ten huize van Luc en Lucia Lijssens-Danneboom.

… wordt D.V. vervolgd…

vanderelst

gegevens over het ontstaan van de ”Vergadering” te Gent en van daaruit de Vereniging ”Rehoboth”

31/12/10

Gegevens over het ontstaan van de “Vergadering” te Gent en van daaruit de Vereniging “Rehoboth”

 

Bij ondergetekende , de op één na, nog enige levende getuige van de beginjaren, (de andere getuige is de 2 jaar oudere zuster Louise Shiffer-Mistiaen), lag het al een tijdje op het hart om voor de hedendaagse broeders -en -zusters van de Vergadering te Gent, iets op papier te zetten over het ontstaan van de plaatselijke ‘Vergadering’. I.v.m. het artikeltje in het blad ‘Berichten’ van maart 2006, over de ‘Nieuwe Chr. Boekhandel’ in Gent, is het misschien nuttig om, nu het nog kan, het volgende door te geven. Het is dus niet de bedoeling een ‘kroniek’ te schrijven, maar enkel uit ‘persoonlijke herinnering’ wat bijkomende en hopelijk nuttige informatie te geven.

De geschiedenis van onze Vergadering in Gent begint eigenlijk al van uit het internerings-kamp te Harderwijk(NL) in de oorlog 1914-1918. Daar waren ondergebracht dié Belgische soldaten én burgers die, bij het beleg van Antwerpen door de Duitsers in 1914, vóór de omsingeling zich sloot, over de grens met het toen neutrale Nederland konden vluchten. Zij werden daar ondergebracht in voornoemd vluchtelingenkamp. En in dat kamp werd onder die Belgische mensen, door Nederlandse broeders het evangelie gebracht . Dat waren, naast ook anderen, de broeders Gerard-Jan Hengeveld en  Jan- en Jacob Fijnvandraat uit de ‘Vergadering’ van Amersfoort.

Beide laatstgenoemden, waren de oom en de vader van onze hedendaagse brs. Johan en Jaap Fijnvandraat uit Leeuwarden.

Op die arbeid gaf de Here ook Zijn zegen voor die enkelen van onze Vlaamse mensen die in dat kamp tot bekering kwamen.

Zowat naar het einde van het jaar 1919, (één jaar dus na het einde van die oorlog), vond broeder G.J. Hengeveld,  het op zijn weg, om met zijn gezin ( zijn vrouw was een Franstalige Zwitserse, die wel voldoende Nederlands sprak), én hun twee zonen, Gerard en Wijnand, naar Gent te komen voor de zo nodige ‘geestelijke nazorg’ ten behoeve van deze Vlaamse broeders.

Br.G.J.H. kon toen een huis huren in een klein straatje bij de ‘Keizerspoortbrug’, aan de nog bestaande “Doorgang der ‘Hallegasten’, (zo genoemd omdat langs dáár, sinds vroegere eeuwen, de ‘bedevaarders’ langs kwamen, die  te voet op weg waren naar een ‘Maria heiligdom’ in de Brabantse stad Halle). En dát huis werd dan het eerste contactpunt voor de in Nederland tot bekering gekomen broeders uit Gent en omstreken. En dát is dan hoe de ‘Vergadering’ te Gent is ontstaan.

Die broeders van het begin waren (voor zover ik ze gekend heb) de brs. Ivo Martens (een tuinbouwer uit de streek van Tielt), Basiel Bontinck (een wever uit Zele), Hector Piens ( een taximan uit Gent), Edmond Gasson ( een spoorarbeider uit Melle), R. De Groote ( een brugwachter uit Wondelgem, bij Gent) en ene br. Bert (dit is zijn familienaam, zijn voornaam herinner ik me niet meer…) uit Zevergem, bij Gent. Toen de Vergadering al enige jaren gevestigd was, kwamen daar nog bij: br.Frans Lepage (uit Ledeberg), die schuin tegenover het vergaderlokaal op de Brusselse steenweg woonde, br. Meuleman (uit Gentbrugge), (die echter vroeg in 1935, de vergadering alweer verlaten had!) en br. Rafaël Mistiaen, een binnenschipper met een groot gezin, uit Dixmuide. Drie van de oudste kinderen Mistiaen, m.n. Louise, Karel en Kamiel, waren voor de duur van het schooljaar op logement bij broeder Bontinck, wat hun toeliet les te kunnen  volgen aan de in 1934 opgerichte ‘School met de Bijbel’ in Gent (G. J. Hengeveld was één van de medeoprichters van die school). Voor hen zeker een uitkomst, want in de plaats dáárvan, zouden ze naar één van de meestal R.K ‘kostscholen voor Schipperskinderen’ zijn moeten gaan.

Inmiddels lag de noodzaak voor een grotere woonst, voor wat de ‘Vergadering’ betreft, dra voor de hand. Met enige financiële steun uit Nederland kon br. Hengeveld (niet ver uit de buurt!) toen een vrijgekomen groot “burgershuis met koetspoort en tuin” kopen aan de Brusselse steenweg op nr.123.  En in dat huis kreeg br. Hengeveld ook een meer geschikte ruimte voor zijn eigen ‘verzend – boekhandel’, onder de naam ‘Centrale christelijke boekhandel – Librairie Chrétienne’, die toen enkel bestond uit een kantoor en magazijn. De “winkel” kwam pas jaren later…

Nu heeft men in een groot huis wel meer ruimte, maar is er ook beperking door de afmetingen van de kamers afzonderlijk… En door  toename van het aantal ‘leden’ ontstond het idee om in de tuin van het huis, op de plaats van het toen nog bestaande ‘koetshuis’, een vergaderlokaal te bouwen…

De financiële middelen voor dit plan ontbraken echter, zowel bij br. Hengeveld als bij de toenmalige Vlaamse broeders (allen ‘arbeidersklasse!), dus diende men uit te zien naar ‘sponsoring’.

Het jaar voordien, was helaas ook de oudste zoon Gerard, op jonge leeftijd (ca 25j) overleden. Hij zou de opvolger van zijn vader zijn geweest in de boekhandel. De jongere zoon Wijnand zag dit soort werk niet zitten, waarschijnlijk ook omdat hij een oogkwaal had, die hem later praktisch  blind maakte…

Toen  kwam   broeder Jacob Graf uit Zürich, (eerder werkzaam in het Zwitserse bankwezen) als medewerker in de boekhandel! Het plan was, dat  hij  later de boekhandel zou hebben verder gezet.

Wat nu het probleem “lokaal” betreft, kon br. Hengeveld  twee kapitaalkrachtige vrienden in Nederland aanspreken: de brs. B. Lemkes, een bloemenkweker, en de twee brs. Samson, drukkers en uitgevers allen uit Alphen a/d Rijn. Die besloten om hun vriend, G.J.. Hengeveld te helpen…

Daartoe werd een ‘Vereniging zonder winstoogmerk’ opgericht, naar Belgisch Recht. In die V.Z.W. (waaraan ook enkele Franstalige broeders uit Brussel: o.a. br. André Tapernoux, Dr. René Paturiaux  en ook nog enkele brs. uit Wallonië, deelnamen), bracht dan ook br. Hengeveld én zijn huis én zijn boekhandel in, echter met die overeenkomst, dat de V.Z.W. aan de enige erfgenaam, de zoon Wijnand, een lijfrente zou uitbetalen zolang deze leefde; wat dan ook is gebeurd…(Wijnand woonde na de oorlog in Nederland en is daar overleden in de tachtiger jaren).

Zo kon er dan, naast enkele noodzakelijke moderniseringen in het huis, in de tuin en op de plaats van het vroegere ‘koetshuis’, een vergaderlokaal worden gebouwd! De broeders en zusters van de ‘Vergadering Gent’ zouden voor het gebruik van het lokaal een matige huur betalen aan de VZW.

Inmiddels waren per 1 december 1935 mijn ouders, vanuit Ninove , (en dit op aanraden vanbr. Hengeveld), naar Gent komen wonen. Het nieuwe lokaal was toen pas klaar en heette ( zoals toen op het licht eiken bord aan de ingangspoort vermeld,) “Zaal REHOBOTH” tevens met vermelding van de uren van de samenkomsten. Toen wij als kinderen (ondergetekende was toen ca 10j.) aan de broeders vroegen wat die naam ‘Rehoboth’ betekende, kregen we als antwoord: ”De Heer heeft ruimte gemaakt,  voor de broeders en zusters van Gent”. Ook ging de met dat doel voordien opgerichte VZW, onder die naam verder.

Eén of twee weken later ( ca. half december 1935) was er de officiële opening van het lokaal met een dank- en bidstond… Het lokaal zat toen bomvol want broeders en zusters uit Vlaanderen, Wallonië en Nederland waren voor die gelegenheid naar Ledeberg -Gent gekomen…

In de jaren daarna, kwamen er soms één à twee keer per jaar, naast brs uit Nederland ook brs. uit Walonië om met het Woord te dienen in de Gentse vergadering (o.a. br. Maurice Capelle uit Patûrages). Br Hengeveld vertaalde dan. (Die kende verschillende talen, waaronder ook Hebreeuws en Arabisch! )

Als  jonge tieners zaten we dan scherp en aandachtig te luisteren, want dit was meteen een mooie gelegenheid om naast ons “schoolfrans” ook wat “ bijbels”-Frans bij te leren!

Ongeveer drie jaar na de opening van het nieuwe lokaal,  werd onze geliefde br. Hengeveld  ernstig ziek… En aan deze ziekte (maagkanker) is hij in 1938,  overleden … (Chemotherapie bestond toen nog niet!)

Inmiddels waren in 1936 ook de beide broers Willem- (machinebankwerker) en Jan Bruyneel ( toen nog student geneeskunde), in de ‘Vergadering’ gekomen. Voordien waren ze, met hun ouders en oudere zus, (hun moeder kwam uit Friesland, vader was een Gentenaar), lidmaten van de Hervormde kerk in Gent. De broers Bruyneel vormden toen, samen met Wijnand Hengeveld, Jacques Graf en mijn (half)broer Philip Krüger , als jonge  twintigers,  in onze vergadering een ‘bijbelstudiegroep’, wat er toe leidde dat ze als jonge mannen heel wat bijbelkennis hebben verworven, die hun later zeker goed van pas is gekomen bij het nemen van verantwoordelijkheden, zowel in de ‘Vergadering’ in Gent als ook elders.

Br. Jan Bruyneel is jaren lang een ‘steunpilaar’ voor de Gentse Vergadering geweest, reeds kort na zijn komst bij ‘ons’. En dáár  waren br. Martens en br.Bontinck, die na het overlijden van br. Hengeveld, eigenlijk zowat de meeste verantwoordelijkheid hadden te dragen, bijzonder blij mee.

Br. Martens was in die tijd, samen met br. Pierre Van Der Smissen uit Ninove, (een oom van mijn vrouw), fulltime werkzaam in het Werk van de Heer in Vlaanderen ( br. P.V.D.Smissen soms ook in Wallonië). Ze bezochten, ter ondersteuning, de enkele kleine vergaderingen in Vlaanderen, waarnaast br. P. Van Der Smissen ook het moeilijke ‘colportagewerk’ deed, (deur aan deur!) en br. Martens een Bijbelkraampje had op de markten in Gent.

Inmiddels  had br. Jacques  Graf, ( die in 1937 inmiddels was gehuwd met Marty Ramp, ook uit Zwitserland), het werk in de boekhandel op zich genomen.

Wijnand Hengeveld was rond die zelfde periode ook gehuwd met ene Joop Schultze -Nordholt uit Nederland en was in 1939  in Ledeberg een… kruidenierszaak begonnen. Beide brs. deden toen, om beurten, de zondagsschool. (Als jongeren gaven we wél de voorkeur aan de vertelkunst van br. J.Graff).

Aan die goede tijd kwam echter plots een einde, toen ene Adolf Hitler zo nodig in mei 1940 onze landen met zijn Germaanse horden moest binnenvallen.

Jacques Graf met vrouw en hun (inmiddels drie maanden oude) baby Marcel, én de weduwe Hengeveld, konden toen in mei 1940, met de laatst mogelijke trein, naar hun land van herkomst, Zwitserland, uitwijken…

De boekhandel werd toen tijdelijk naar Antwerpen overgebracht en bewaard onder de goede zorgen van br. Schmidt van de ‘Vergadering Antwerpen’.

 

foto:  Brusselse Steenweg 123,  Ledeberg

Het huis op de Brusselse steenweg kwam toen leeg te staan, en omdat reëel het gevaar bestond dat de Duitse bezetter leegstaande grote burgerhuizen in beslag zou nemen om er Duitse officieren in onder te brengen…met alle mogelijk onaangename gevolgen voor de Brs en Zrs in Gent, vroeg de voorzitter van de vereniging ‘Rehoboth’, br. Bouw Lemkes, aan de pas als arts afgestudeerde br.Jan Bruyneel om het huis te gaan bewonen en er zijn dokterspraktijk te beginnen. J.B. was toen al verloofd met Hendrika (Rieky) Kooyman uit Eindhoven. (Een nicht van ondergetekende, we  waren ‘zuster’s kinderen’).

Enkele maanden nadat Jan B. in het huis was gaan wonen, zijn ze in 1941  in Eindhoven gehuwd en ze hebben toen in het huis op de Brusselse steenweg 123 hun intrek genomen! In dat huis zijn in de volgende jaren ook hun vijf kinderen geboren (drie dochters en twee zonen).

Zo was voor de vergadering (én voor de Vereniging Rehoboth!) het probleem van het gebouw mooi opgelost!

Jan zijn broer Willem, die inmiddels uit krijgsgevangenschap was teruggekeerd, (de Vlaamse krijgsgevangenen werden, na de overgave van het Belgisch Leger, door de bezetter vroeger naar huis gestuurd), trouwde kort daarna met de oudste van de twee dochters van br. Bontinck: Julia.

Soms kregen we ’s zondags, in de samenkomsten tijdens de oorlog, ook bezoek van gelovige Duitse soldaten, die vermoedelijk van hun ‘thuisfront’ het adres hadden gekregen. Het waren o.a. ene broeder Rudolf Haase, een sympathieke broeder die bij de Luftwaffe in dienst was op het vliegveld van St. Denijs – Westrem, soms vergezeld van een eveneens gelovige collega, waarvan ik mij de naam niet meer herinner. Die man kwam ook maar af en toe met br. Haase mee.

We hebben we toen ook nog enkele malen een norse Feldwebel gehad in de samenkomst, maar dat bleek er een van de ‘Deutsche Bund von Evangelische Gemeinde’ te zijn, groepering die door de nazi’s was toegestaan.

Na de bevrijding kwamen ook een paar Engelse broeders op bezoek in de vergadering, totdat ze naar Duitsland werden overgeplaatst…

Door het getuigenis van br J.B. vanuit zijn dokterspraktijk, waren er tijdens en kort na de oorlog, nog enkele brs. bijgekomen in de vergadering: de brs. Frans Delporte met zijn vrouw, die ziekelijk was en korte tijd later overleed, George Janart, een weduwnaar met zoon, Pierre Liagre en br. F. Drubbel, en later ook br. Jules Moors.

In 1948 kwam dan br. Jan van der Bijl uit Alphen  a/d Rijn, met vrouw Janny en zoontje Jacques (toen nog ‘Koosje’ genoemd) naar Gent wonen om hier de Christelijke Boekhandel terug op te starten.  Hij kwam daarnaast ook als ‘broeder in ’t Werk’ om de vergaderingen in Vlaanderen (en soms ook in Wallonië !) te bezoeken.  Ze vonden een huis in de Tijgerstraat in Gent, waar ze voorlopig de boekhandel, die vanuit het ‘depot’ in Antwerpen teruggebracht werd, weer konden heropstarten.

Voor de plaatselijke Vergadering betekende het ook een flinke ‘ruggesteun’, dat er in ons midden nu weer een ‘arbeider des Heren’ aanwezig was.

Direct na de oorlog, ontstond in de ‘Vergadering – Gent’ ook een ‘traditie’ om op 15 augustus (=een vrije dag in België!) een ‘Grote Vergadering’ te houden voor de ‘Vlaamse vergaderingen’. Omdat het aantal aanwezigen voor dit gebeuren ieder jaar bleek toe te nemen, moesten de brs. en zrs. van Gent toen uitzien voor een grotere zaal. Die werd gevonden in het socialistische Volkshuis ‘Vooruit’, waar we dan ook ’s middags met z’n allen een warme maaltijd konden nuttigen.  Broeders uit Nederland kwamen voor die gelegenheid om met het Woord dienen, waaronder de brs.  B.Lemkes, Siegelaar, H. Wilts, e.a.

Later zijn we voor de ‘Grote Vergadering’ verhuisd naar ‘Centrum Ten Berg’ in St. Amandsberg bij Gent…

In de zestiger en zeventiger jaren, werden de broeders die tot de ‘pioniers’ behoorden van de vergadering in Gent, door de Heer thuisgehaald. Eerst br. I. Martens, begin jaren ’60 en begin zeventiger jaren ook br. B. Bontinck. (Hun respectievelijke echtgenotes waren al eerder overleden).

In 1961 gingen Dr. J. Bruyneel en familie verhuizen naar Gentbrugge en kwam de familie Van der Bijl in het huis op de Brusselse steenweg. Zo kwam ook de Chr. Boekhandel weer op de oorspronkelijke plaats terug…

In die boekhandel heeft br. JvdB er toch meer het aspect van een ‘winkel’ aan gegeven door in de (nogal smalle) ramen aan de voorgevel, tóch een étalage te maken. De ingang tot de boekwinkel gebeurde toen nog altijd via de brede ingangspoort en de binnendeur die ook uitgaf op de woon-ruimte…En gezien Jan een behoorlijke kennis van de Franse taal had, kon ook de communicatie met het Franstalige landsgedeelte vlot verlopen. Voor de boekhandel immers lagen de inkomsten via het franse deel, gevoelig hoger, ook door de grotere omzet in items, want de Franstalige boeken waren aanmerkelijk goedkoper dan de Nederlandse, alhoewel die laatste wel degelijker waren uitgevoerd.

In 1950 gingen mijn ouders weer terug in hun huis in Ninove wonen.

Tot mijn terugkeer  in Gent (voorjaar  1954) heb ik dus de ontwikkelingen in de Gentse Vergadering niet meer direkt meegemaakt. Ondertussen had ik in Ninove mijn vrouw leren kennen en zijn we in april 1953 gehuwd.

In november van datzelfde  jaar deed ik examen voor een betrekking als ‘technisch leraar’ aan die technische school, waar ik zelf in de oorlogsjaren gestudeerd had! Dat hebben we toen ook mogen zien als een besturing van de Here! Zo mochten zijn we dus weer in Gent gaan wonen en hebben we samen met de broeders en zusters alhier een goede tijd mogen meemaken.

Kwam ook de tijd, dat de ‘pioniers’ van de Gentse Vergadering, inmiddels op respectabele leeftijd gekomen, op enkele jaren tijd, allen door de Heer werden thuisgehaald, mochten anderen nu de fakkel van het getuigenis van hen overnemen.

Ook in de boekhandel kwam ‘verandering’: In de tweede helft van de jaren 70, kwam br. Jacques van der Bijl, met zijn gezin in het huis wonen om zijn vader op te volgen, als zaakvoerder in deze dienst. In die tijd werd op het gelijkvloers, de voorgevel van het huis aangepast: één grote winkelruit, met ingangsdeur vóóraan. Helaas, door omstandigheden buiten zijn wil, kon deze broeder na enkele jaren, dit werk niet meer verder zetten…

Het bestuur van de  VzW ‘Rehoboth’ moest toen noodgedwongen uitzien naar een vervanger als zaakvoerder in de Boekhandel.

Die kwam in september 1980 van de ‘Nederlandse Douane’ over, in de persoon van br.Gerhardt Westerman, een broeder met een groot gezin. Br. Jan van der Bijl heeft nog even de Franstalige afdeling waargenomen, waarna deze afdeling die, (zoals achteraf bleek, zowat de helft van de omzet vertegenwoordigde!), overgeheveld moest worden naar de broeders in Wallonië! Achteraf bekeken, heeft dit feit  de teloorgang van de boekhandel en Rehoboth bespoedigd….

De financiële terugloop bracht de Vereniging  Rehoboth in moeilijkheden, zodat uiteindelijk de gebouwen (waaraan intussen ook  nog de kosten vanwege jarenlang achterstallig onderhoud bij kwamen!), moesten verkocht worden… En er werd absoluut géén rekening gehouden met de belangen van de plaatselijke Vergadering en men ‘vergat’ dat, althans het lokaal, speciaal voor hen gebouwd werd in 1935 !!!

Voor de ‘Vergadering – Gent’ zat er toen niets anders op dan het lokaal leeg te maken(de nieuwe eigenaar had ons daarvoor enkele weken de tijd gegeven…) en een andere plaats te zoeken, in of rond de Stad Gent. Dit bleek echter moeilijk, want het moest wel een betaalbare ruimte zijn, waar we ook iedere zondag zouden kunnen vergaderen!

Mijn vrouw, Jo,  die sinds enige jaren al, een jaarlijkse ‘Vrouwen contactdag’ organiseerde,  eerst in West-Vlaanderen, huurde later daartoe een zaal in ‘Bezinningscentrum “De Oude Abdij”, een voormalig Jezuïetenklooster.We  namen contact op met het bestuur van deze instelling en kregen de gelegenheid om daar telkens op zondag, een zaal te huren voor onze samenkomsten! Maar…na enige tijd ging men in die abdij ( zijnde geklasseerde gebouwen), restauratiewerken uitvoeren, (een ‘tienjarenplan). Per fase van de werken werd telkens een hele vleugel van de gebouwen afgesloten. Door dat tijdelijk ruimtetekort, moest onze kleine groep wijken voor de grotere groepen die daar een heel weekend, of soms wel een week voor ‘bezinning ’kwamen.

Zo stonden we weer ‘op straat’! Het probleem ‘huisvesting’ werd voor onze kleine vergadering nu wel meer dan acuut! We hebben toen rondvraag gedaan voor een klaslokaal te kunnen huren in stadsscholen, maar toen ‘de instanties’ vernamen dat het om ‘eredienst’ te houden was, werd het ‘neutrale statuut’ van die onderwijsinstellingen naar voor gebracht in de weigering….

Maar de Here zorgde voor ons! Een gelovige van buiten onze kring, opperde het voorstel om eens te vragen bij de ‘Broeders van Liefde’, een kloosterorganisatie die veel R. K . scholen en dito ziekenhuizen onder hun leiding heeft. En inderdaad! Op de ‘Scholencampus St. Paulus’  konden we terecht in de refterzaal van het Internaat! En aan dezelfde prijs als vroeger in de abdij! We moesten echter wel telkens de zaal inrichten voor de samenkomsten en na afloop alles weer terug zetten.De omgeving was ook rustiger (althans op zondag) en mooi gelegen! Zo mogen we nu een ruimte hebben om samen te komen iedere eerste dag der week. De Here heeft voor ons gezorgd, dat we als getuigenis (zij het in alle zwakheid!) in Gent verder kunnen. Zijn Naam zij geprezen!

We hopen en bidden dat we  deze gelegenheid mogen aanhouden om er op zondag onze diensten te kunnen hebben. De bidstond annex bijbelbespreking hebben hetzij in Zelzate,  ten huize van Rudy en Liliane Devogelaere,  hetzij in Gent ten huize van Luc en Lucia Lijssens-Danneboom.

… wordt D.V. vervolgd…

Connect !

Contact gegevens

Korenbloem 37, 4421MH Kapelle
gsm: +31 6 53221816
email: info@vanderelst.net

Directe links

vanderelst.net